Er op tijd bij zijn
Opsporen van coeliakie
Coeliakie (spreek uit als “seuliakie”) komt veel voor. In Nederland bij ongeveer 1 op de 150 kinderen die het consultatiebureau bezoeken. Doordat de ziekte onduidelijke klachten kan geven, wordt het lang niet altijd herkend.
Wat is Coeliakie?
Coeliakie is een auto-immuunziekte waardoor het lichaam op een verkeerde manier op gluten reageert. Klachten kunnen bestaan uit: buikpijn, opgezette buik, obstipatie, diarree, spugen, vermoeidheid, bloedarmoede, wondjes in de mond (aften), humeurigheid en een minder snelle groei. Doordat de verschijnselen zo wisselend zijn, wordt coeliakie vaak pas laat herkend. Regelmatig zelfs pas op volwassen leeftijd. Daarom willen wij coeliakie al op jonge leeftijd opsporen, zodat (ernstige) klachten of darmbeschadiging voorkomen kan worden.
Waar zit gluten in?
Gluten zitten in granen, zoals tarwe, rogge, gerst en spelt. Hiervan wordt bijvoorbeeld brood en pasta gemaakt. Coeliakie kan goed behandeld worden met een glutenvrij dieet, waarna de klachten en symptomen verdwijnen.
Hoe wordt coeliakie bij kinderen opgespoord?
Als je kind rond de 2 jaar of 3 jaar een afspraak heeft op het consultatiebureau, kun je een vragenlijst invullen over klachten die passen bij coeliakie via de JgzApp. Dit kan ook op het consultatiebureau zelf. Als uit de vragenlijst blijkt dat er klachten zijn, of als de groei minder snel gaat, komt je kind in aanmerking voor verder onderzoek. Dit gebeurt door middel van een vingerprik. Op sommige locaties doen we dit aan het eind van het consult. Op andere locaties wordt hiervoor een nieuwe afspraak gemaakt.
Vingerprik (POC-test)
Door middel van een vingerprik wordt bij je kind een druppeltje bloed afgenomen om te bepalen of er antistoffen tegen gluten zijn. Na 10 minuten kan de test afgelezen worden. Bij twee streepjes is er een grote kans dat je kind coeliakie heeft. Tijdens de onderzoeken is het belangrijk dat je kind gewoon gluten blijft eten.
Vervolg onderzoek
De jeugdarts belt je op om de uitslag te bespreken. Als de test aangeeft dat er antistoffen zijn tegen gluten, dan is verder bloedonderzoek nodig om de diagnose te bevestigen. De jeugdarts verwijst je kind dan door naar een kinderarts.